Theo Hermans imker.
Hoe het ooit begon.                           
De geschiedenis van Imkerij Ceres in een notendop.
 
Toen wij ons huis aan de Boeiinksestraat kochten stond er halverwege de grote tuin een in elkaar gezakt afdakje met daaronder een paar bijenkasten. 
Wat moeten we daar nu mee? We hebben de voorzitter van de imkersclub in Wouw (Nol Willemse ) gebeld en gevraagd of hij belangstelling had. 
Hij kwam kijken en heeft de kasten meegenomen om aan een aspirant lid van de club te geven. 
Wij blij, zij blij, zo daar waren we vanaf. Er moesten eens levende bijen in hebben gezeten.

In 1991 vroeg de Dirk Claessens de man van een collega aan mij of het houden van bijen iets voor mij zou zijn,mijn antwoord was:  
"nou dat is niets voor mij die steekbeesten". 
Hier moest hij het mee doen.
Een paar maanden later vroeg hij of er een kast met bijen bij ons in de tuin mocht staan.
 ( om te overwinteren ) 
Met de gedachte dat de winter maar 3 maanden duurt heb ik er mee in gestemd. 
Het werd winter en de bijen waren niet te zien ze zaten in de winterzit. 
Naarmate het warmer werd in het voorjaar vlogen er al wat meer van die beestjes uit en in de kast. Het was eigenlijk best mooi om te zien.
 Toen den Dirk er later ook nog wat over ging vertellen werd het voor mij nog wat duidelijker. 
Bij de eerste controle van het volk in onze tuin heeft hij mij een imkersjas aangedaan en 
moest ik toekijken hoe hij de kast inspecteerde. Het was indrukwekkend wat ik als leek te zien kreeg. 
Dirk bleef maar aandringen dat ik ook een bijenkast zou opdoen maar daar wilde ik toch niet aan.
 Het heeft nog een jaar geduurd eer ik toegaf en een eigen volkje kreeg. 
Vanaf dat moment is het in een sneltreinvaart gegaan, we hebben bijenkasten gebouwd imkers materiaal aangeschaft,
 ja zelfs het in elkaar gezakt afdakje werd opgeknapt.
Nu nog wat meer bijenvolken erbij, bij den Dirk in Essen stonden al wel enkele kasten met bijen ,
die hebben we overgezet in de nieuwe kasten en we waren vertrokken. 
 
Dirk Claessens uit Essen leerde het bijen houden van zijn opa, hij besmette op zijn beurt Theo Hermans. 
Samen begonnen ze imkerij Ceres, genoemd naar de Romeinse godin van de landbouw. 
Omdat we ook in de bestuiving van aardbeien iets wilde gaan doen en de aardbeientunnels in België serres werden genoemd.
 was dat ook een goede link naar Ceres. 
 
Dat we goed bezit waren bewees de honingkeuring in 1993, 
een predikaat uitmuntend met 97 punten op 100. 
Enkele jaren later nog eens 98 punten en de koolzaadhoning zelfs met 100 punten.
Door een ernstig ongeluk is Dirk moeten stoppen met imkeren, 
na toch wat pogingen om het toch te doen is Theo alleen verdergegaan, 
maar Dirk is eigenlijk nog steeds mede eigenaar van Ceres.
Theo heeft zich ten doel gesteld om naast een goede pot honing te verzorgen ook ieder jaar een aspirant imker te zoeken. 
Dit heeft hem al 4 nieuwe imkers opgeleverd. ( tot 1998)
Wat ook hoog op zijn lijstje staat is het geven van voorlichting op scholen , clubs en verenigingen. 
Voor dit doel is er een complete caravan ingericht als rijdend museum, en ook een tweede platte wagen met allerlei bijenattributen.
De caravan is inmiddels vervangen door een heuse voorlichtingswagen. 
Maar daar over elders meer.

Vanuit de vraag: 
 Wat moet ik met een bijenzwerm? , 
was er snel ook een voorlichtingtaak aangaande de wespen en hommels, 
De wespenmeldingen gaan direct naar SAVER  
( zij zijn de deskundige op dat gebied), 
en wat betreft de hommels hierover heeft hij een ander verhaal.

Share by: